Schrijven breidt de taal uit

door

in

Schrijven is het maken van originele tekst of de taalweergave via een medium door tekens of symbolen van een schrift te gebruiken. Wie een tekst creëert is een auteur. Dit kan men professioneel doen (dus betaald) zoals stadsdichters, schrijvers, historici en journalisten of onbetaald als amateur. Schrijvers ontwikkelen een eigen schrjjfstijl. Daarnaast betekent schrijven ook het produceren van een handgeschreven tekst, zelfs als die qua inhoud niet origineel is (bijvoorbeeld overschrijven, of een gedicteerde tekst opschrijven). “Geschreven media” zijn communcatiemiddelen met veel tekst in niet-gesproken vorm, op papier of elektronisch, zoals kranten en tijdschriften.

Schrijven breidt de menselijke taal uit in tijd en ruimte doordat het de mogelijkheid biedt op een andere plaats en in een andere tijd kennis te nemen van wat iemand zei. Schrijven begon waarschijnlijk in oude culturen als een bijproduct van economische en politieke expansie. Deze culturen hadden een betrouwbaar middel (in tegenstelling tot het geheugen) nodig om hun boekhouding of politieke en historische informatie van de periferie naar het centrum over te brengen. Rond het 4e millenium voor Christus, zorgde de complexiteit van de handel en de administratie voor het permanent registreren en presenteren van transacties.  Zowel in Meso-America als in het oude Egypte ontwikkelde het schrift zich uit de kalenders. Andere culturen bleven (voorlopig) schriftloos. Een cultuur die begint te schrijven maakt de overgang mee van de prehistorie naar de historie. Het schrift en het kunnen lezen blijft tot in de hoge middeleeuwen, tot 1200, een vaardigheid die voorbehouden is voor de geprivilegieerde klasse van de priesters en van de adel. Met de komst van de universiteiten rond het jaar 1200 komen er studenten die kunnen lezen en schrijven. Daarnaast is er de middelstand. Ambachtslieden die een administratie bijhouden en dus de basisbeginselen van schrijven, lezen en rekenen beheersen. Dat tot de late middeleeuwen alleen de geestelijken kunnen lezen is een hardnekkige fout. Met de komst van de boekdrukkunst, het protestantisme en de renaissance neemt de alfabetisering van bredere lagen van de bevolking toe en sinds de tweede industriële revolutie en de leerpicht is schrijven een vak in de basisschool en het ontwikkelen van een leesbaar handschrift een van de kerndoelen. Tegenwoordig schrijven mensen vanuit meerdere motieven: communicatie, therapie of recreatie. Schrijven is behalve informatief en documentair ook exploratief en creatief. In Nederland schrijft meer dan één miljoen personen gedichten en verhalen. Voor Vlaanderen zijn er geen cijfers maar schrijfwedstrijden illustreren dat het aantal schrijvers hoog ligt.


Reacties

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *